Vooruitzichten op de Nederlands-Duitse arbeidsmarkt: “Een aantal sectoren is dringend op zoek naar personeel”

Bedrijven in de sectoren logistiek, post- en koeriersdiensten, gezondheidszorg, bouw, handel en ICT die zijn gevestigd in de grensregio zijn nog steeds hard op zoek naar personeel. In de horeca, de culturele sector en het toerisme zijn daarentegen momenteel nauwelijks vacatures te vinden. Dat berichten het UWV en de Duitse tegenhanger Agentur für Arbeit. “Bij ons is het aantal en het soort vragen weer terug op het niveau van voor de coronacrisis”, vult Carola Schroer, adviseur bij het GrensInfoPunt van de Euregio Rijn-Waal, aan.

De coronacrisis heeft de arbeidsmarkt in de Nederlands-Duitse grensstreek flink door elkaar geschud. Waar er begin dit jaar in bijna alle sectoren meer vacatures dan sollicitanten waren, is de situatie in veel branches nu helemaal anders. Van een algemeen gebrek aan vakmensen is inmiddels geen sprake meer.

“In een aantal productiebedrijven (in de technische sector) en in de sectoren logistiek, transport, post- en koeriersdiensten en in de handel gaan de zaken uitstekend. Deze bedrijven zijn nog steeds hard op zoek naar goed personeel”, vertelt Sophie Niebergall, EURES-adviseur bij de Agentur für Arbeit in Kleve.

Behoefte aan ICT-experts

Aan Nederlandse kant is het beeld soortgelijk. In de regio’s Achterhoek, Midden-Gelderland en Nijmegen en omgeving worden vooral elektronicaspecialisten, ICT-experts, machine engineers, bouwvakkers, vrachtwagenchauffeurs en verplegend personeel gezocht. “Hoewel veel bedrijven geplande ICT-projecten hebben geschrapt of uitgesteld, zijn er veel nieuwe opdrachten bijgekomen. Veel bedrijven moesten overschakelen op thuiswerken, waarvan de ICT-sector profiteert”, vertelt Michael Stock, EURES-adviseur bij het UWV.

Slecht daarentegen zijn aan beide kanten van de grens de vooruitzichten voor de horeca en de branches reizen, toerisme en cultuur. “We gaan ervan uit dat een aantal bedrijven in deze branches op de middellange termijn zijn deuren zal moeten sluiten”, aldus Sophie Niebergall. “Het is opvallend dat een groot aantal bedrijven uit de industrie en productie nu pas een beroep doet op de NOW-regeling. Dat betekent dat ze het tot nu toe op de een of andere manier wisten te redden, maar nu toch staatssteun nodig hebben.”

Een kenmerkend voorbeeld voor de verschillen aan beide kanten van de grens is de productiesector. Terwijl in de Achterhoek de vraag naar productiemedewerkers is gedaald, bleef deze aan Duitse kant bij een aantal bedrijven onverminderd hoog. Hier liggen kansen voor Nederlandse arbeidskrachten die bij de oosterburen aan de slag willen.

Als gevolg van de nieuwe situatie op de arbeidsmarkt kijken werknemers over het algemeen meer naar de mogelijkheden in het buurland. “We geven geïnteresseerden samen met de Agentur für Arbeit, het Finanzamt, de sociale verzekeringen en andere partners uit beide landen advies, zodat elke werknemer en werkgever zo goed mogelijk wordt geïnformeerd”, vertelt Carola Schroer. Wie wil kijken welke baanmogelijkheden hij of zij aan de andere kant van de grens heeft, doet er goed aan om zich vooraf uitgebreid te laten informeren. “Het is in principe probleemloos mogelijk om in het buurland aan de slag te gaan. Per geval verdienen bepaalde zaken echter bijzondere aandacht.” Het advies bij het GrensInfoPunt bij de Euregio Rijn-Waal is gratis. Momenteel vinden de gesprekken vooral telefonisch plaats. Het is nog niet bekend wanneer de gesprekken weer persoonlijk kunnen plaatsvinden.